Bovenlichten en snijramen in Nederland

15. De tijd van de Verlichting

Home
Over mijzelf
Bovenlicht van de maand
Wat zijn bovenlichten?
Wat is nieuw?
Bovenlichten in de diverse stijlperioden
Naar bijzondere items
Oorsprong van de Symbolen
Geschiedenis glas, gevels en bouwkunst
Oude prenten, gravures en foto's
Middeleeuwse metseltekens
Tympanen
Schamels
Romeinse jaartallen
Oorsprong Byzantijnse kandelaars
Vertikale slijpgleuven
Renovatie en restauratie
Buitenlandse voorbeelden van bovenlichten
Web links
Gastenboek en contact
Zoeken op deze site
Wat is triest

BACK

START

NEXT

De prentvoorbeelden van Marot bleven in de 18e eeuw nog lang doorwerken in de Nederlanden. Meubelmakers, steenhouwers, tapijtmakers en architecten namen ze over en zorgden voor verspreiding door het hele land.
 
Rond 1750 doet de Rococo zijn intree. Een sierlijke grilligheid in de vormgeving krijgt de overhand. De symmetrie wordt een beetje losgelaten. De zogenaamde gedraaide kuif (= de rocaille) is heel kenmerkend voor de Rococo-periode.
De symmetrie wordt zeker niet helemaal losgelaten, maar een asymmetrisch accent is wel vaak kenmerkend.
 
Eigenlijk zien we de Rococo vooral in de interieurs optreden: stucwerkplafonds, wandbetimmeringen en -bekledingen vormen stilistisch een geheel en er worden vooral zachte pasteltinten gebruikt en waar mogelijk verguldsel.
Er worden ook al wel motieven ontleend aan de chinese en japanse kunst.
 
Aan de buitenkant van der huizen zien we de Rococo-ornamenten vooral in de topgevels, in de imposante voordeurpartij, de deuren zelf en in de toegangshekken van de grotere buitenplaatsen.
 
Een van de fraaiste voorbeelden van Rococo in Nederland is het stadhuis van Sneek.
De bordestrap is uit de Lod. XIV periode (1745) maar de rest van de gevel is vernieuwd in de periode 1760-1767, de bloeitijd van de Rococo.
 
 
 
 

dsc07885sneek.jpg
Sneek, Rococo-stadhuis met gevel uit 1760-67

dsc07883sneek.jpg
Stadhuis te Sneek: Lod. XIV bordestrap en daarachter de Rococo-entreepartij

BACK

START

NEXT